Tussen de bergen van Andalusië ligt Mijas Pueblo, een dorp dat met zijn witgekalkte huizen, geurige bloemen en een doolhof van steegjes het hart van menig reiziger verovert. Wandel met ons mee door smalle straten en over levendige pleinen. Van de oude arena en de kleurrijke ezeltaxi’s tot de stilte van de Sierra de Mijas.
Vroeg in de ochtend hangt er nog een aangename koelte boven camperplaats Mariposa Libre in Cártama. Voor ons uitstapje vandaag laten we de camper achter en gaan we met een geleende auto op pad. Dat is handig voor de rit omhoog naar Mijas en voorkomt waarschijnlijk parkeerproblemen zoals in Frigiliana.
De weg kronkelt door het binnenland van Andalusië, eerst via de A-7059 richting Alhaurín el Grande, daarna over de A-387 naar Mijas. Het is een rit van nog geen drie kwartier, maar elke kilometer voert verder weg van de drukte en dichter bij de rust van de bergen. Links olijfgaarden, rechts pijnbomen, en af en toe een glimp van de zee. Na een laatste bocht doemt Mijas op, een wit lint van huizen, hoog tegen de helling geplakt.
Dorp van Moorse oorsprong

Om te begrijpen waarom in Mijas zo’n bijzondere sfeer hangt, helpt het om terug te reizen in de tijd. Feniciërs en Romeinen vestigden zich hier al vroeg, maar het waren de Moren die het dorp zijn huidige karakter gaven. Meer dan zeven eeuwen lang legden zij irrigatiekanalen aan en bouwden ze witte huizen. Zelfs de naam Mijas stamt af van het Arabische Mixa.
Bij de Fuente de los Siete Caños, de Fontein van de Zeven Pijpen, stroomt het water al eeuwenlang onophoudelijk. Na de Reconquista in 1487 (zie ook de geschiedenis van Nerja en Frigiliana) kwam Mijas onder Castiliaans bestuur, maar zijn afgelegen ligging hield het dorp eeuwenlang afgesloten. Misschien is het juist dat isolement waardoor Mijas zijn charme heeft behouden.
Plaza Virgen de la Peña

Nadat we onze auto aan de rand van het dorp hebben geparkeerd, lopen we naar het centrum. Ook nu, in de nadagen van het vakantieseizoen, is het nog behoorlijk druk. Dat vinden we geen probleem, want het zorgt juist voor de levendigheid die een bezoek aan een dorp als Mijas extra aantrekkelijk maakt.
Onze wandeling begint op het Plaza Virgen de la Peña, het hart van het dorp. Hier mengen de bezoekers zich onder de lokale bevolking. Dat zorgt voor een aangename mengelmoes van de authentieke Andalusische sfeer en de drukte van een gevarieerd toerisme. De talrijke terrassen zijn druk bezet. Overal horen we de meest uiteenlopende talen vermengd met het rappe Andalusisch.
Mijas Pueblo en de ezeltaxi’s

Aan de rand van het plein wachten de ezeltaxi’s die zo onlosmakend zijn verbonden met Mijas Pueblo. Ezels met bontgekleurde versiersels, talrijke belletjes en namen als Pepe of Luna staan onder een afdak. Geduldig wachten ze samen met hun eigenaren op klandizie.
Het gebruik van ezelkarren ontstond in de jaren zestig, toen toeristen mijnwerkers vroegen of ze even op hun ezel mochten zitten voor een foto. Wat begon als een vriendelijk gebaar groeide uit tot een traditie, en uiteindelijk tot een toeristische attractie.

Tegenwoordig groeit het bewustzijn over dierenwelzijn. Steeds vaker kiezen bezoekers voor alternatieven zoals elektrische tuk-tuks, kleine bussen of door paarden getrokken open koetsen.
Ook wij geven er de voorkeur aan om de ezels met rust te laten en Mijas te voet te verkennen. Zo kunnen we de bijzondere sfeer van dit dorp in alle varianten opsnuiven. Zeker, er zijn tal van winkeltjes met souvenirs die je eigenlijk overal kunt vinden. Toch heeft het dorp in onze beleving een belangrijk deel van het authentieke karakter weten te bewaren.
Ermita de la Virgen de la Peña
Vanaf het Plaza Virgen de la Peña lopen we omhoog over een slingerend pad tussen oude pijnbomen en witgekalkte muurtjes. Aan het eind ligt de Ermita de la Virgen de la Peña, een klein heiligdom dat letterlijk uit de rots is gehouwen. Aan de buitenkant oogt het eenvoudig, bijna bescheiden, maar toch bijzonder.

Binnen is het stil. Eigenlijk is de kapel niet meer dan een kleine grot. De ruwe rotswanden voelen koel aan. Het flikkerende licht van tientallen kaarsen geeft de kapel een bijna mystieke sfeer. Hier wordt de Virgen de la Peña, de beschermheilige van Mijas, vereerd.
Volgens de legende ontdekten twee herderskinderen het beeld in de 16e eeuw, verborgen in de bergwand, nadat de Heilige Maagd aan hen was verschenen. Sindsdien is dit de plek in het dorp waar mensen troost en steun in hun geloof vinden.

Als we na een moment van bezinning naar buiten stappen, opent zich een panorama dat haast onwerkelijk is. Onder ons ligt de Costa del Sol, een lappendeken van witte dorpen, glinsterende zee en kronkelende wegen. Op heldere dagen kun je zelfs de kust van Afrika zien, een dunne streep aan de horizon.
Hier, op deze plek tussen hemel en aarde voel je waarom Mijas meer is dan een mooi wit Andalusisch dorp. Het is een plek die je bijblijft, zonder dat daar veel woorden voor nodig zijn.
Stierenvechten in de ovale arena
Eigenlijk zouden we nog langer van het indrukwekkende uitzicht willen genieten, maar we hebben slechts een dag om Mijas te verkennen. En er valt nog veel te ontdekken. Zoals de Plaza de Toros, een kleine ovaalvormige arena uit 1900.
Dit is zeldzaam in Spanje, waar de meeste arena’s rond zijn. De tribunes zijn laag, de muren witgekalkt, en de oude affiches herinneren aan tijden waarin de corrida nog het middelpunt van dorpsfeesten was.

Tegenwoordig vinden hier geen traditionele stierengevechten meer plaats. De arena fungeert als museum en cultureel podium, waar lokale evenementen en flamencoshows worden gehouden.
Onze verkenning van Mijas sluiten we af op het Plaza de la Constitución. Zoals op veel pleinen in Spaanse steden en dorpen nemen terrasjes een groot deel van het plein in beslag. Ook in Mijas zorgt het voor die typisch Spaans-Andalusische sfeer.
Stilte in de Sierra de Mijas

Wie verder omhoog wandelt, laat de drukte achter zich en komt terecht in de Sierra de Mijas. De Sendero de la Mina slingert langs oude mijnen en uitzichtpunten waar de zee in de verte glinstert.
Jammer genoeg hebben wij geen tijd om het achterland van Mijas uitgebreid te verkennen. Onze geleende auto moeten we op tijd terugbrengen en er wacht ons nog een rit door de bergen.
Zodra we terugrijden naar de camperplaats laten we onze herinneringen aan Mijas nog eens de revue passeren. Ja, het is een toeristische bestemming. Nee, het gaat niet ten koste van de aangename sfeer die we hebben geproefd. Is Mijas een aanrader? Wat ons betreft zeker.
advertentie
deze reisgidsen zijn verkrijgbaar bij bol.com



advertentie
deze reisgids is verkrijgbaar bij bol.com

Praktische tips
- Beste tijd voor een bezoek. Bezoek Mijas in de vroege ochtend (voor 11:00 uur) of late middag (na 16:00 uur). Dan zijn de dagjesmensen nog niet gearriveerd of al vertrokken. Houdt er rekening mee dat in de zomermaanden de temperatuur in de middag gemakkelijk kan oplopen tot 40 graden of meer.
- Parkeren in Mijas Pueblo. Je auto kwijtraken kan een uitdaging zijn. Wij parkeerden aan de rand van het dorp. Daar vonden we nog net een vrije plek. In het hoogseizoen zal het ongetwijfeld nog lastiger zijn om een parkeerplaats te vinden.
- Eten en drinken. Proef lokale wijn in het Museo del Vino. Verder zijn er in Mijas tal van eet- en drinkgelegenheden.

Dit is deel IV van onze rondreis door Andalusië. In de volgende aflevering bezoeken we Gibraltar.


Geef een reactie