Na ons wilde avontuur aan de steiger in Stavoren volgde een intensief rustmoment in de binnenhaven. Daar hebben we voldoende energie opgedaan om onze tocht door Friesland te vervolgen. Op naar Sneek. Daarna gaan we verder naar Grouw.

Voor ons kent de vaarroute Stavoren – Sneek nauwelijks geheimen meer. Ook Sneek zelf hebben we de afgelopen jaren aardig leren kennen. Zeker na ons maandenlange verblijf in een tijdelijke woning op loopafstand van de Waterpoort.
Door de sluis bij Terhorne
Nieuw is het traject dat nu voor ons ligt. Meer dan dertig jaar geleden zijn we hier weleens geweest, maar met onze huidige boot zijn we nog nooit door de sluis bij Terhorne gevaren. Ook van het verdere stuk over het Prinses Margrietkanaal naar Grouw staat ons weinig meer bij.
Op de motor door Friesland
Als we dan toch op de motor moeten varen, dan maar over de binnenwateren, zeggen we herhaaldelijk tegen elkaar. In de afgelopen jaren hebben we vaak lange tochten langs de Portugese, Spaanse en Franse kust gemaakt. Van lekker vlak water was in de meeste gevallen geen sprake. Dat is nu wel anders.

Hoe lekker is het dan om hier te varen. Er valt voldoende te zien, we kunnen op z’n tijd een versnapering nemen en over de koers hoeven we ons geen zorgen te maken; gewoon recht zo die gaat.
Ondiep of teveel diepgang
Bij Grouw verlaten we het PM-kanaal en we vinden een plekje aan de gemeentelijke steiger, denken we. Al snel blijkt dat het water bij de steiger niet diep genoeg is. Of onze diepgang van 1,80 meter is niet bedoeld om hier aan te leggen, dat kan natuurlijk ook. Geen probleem, want de bodem bestaat hier uit zachte modder en we kunnen vastknopen langszij het zeiljacht van een bevriend echtpaar.

Grouw kennen we nauwelijks, dus gaan we op verkenning. Ook willen we twee nieuwe, zwarte stootwillen bemachtigen. Dat moet hier wel lukken, want bijna alles in dit Friese dorp ademt watersport.
Zo komen we een uur later weer terug met de nodige aanvulling op onze scheepsvoorraad – het bier was in de aanbieding bij de plaatselijke supermarkt – en met twee nieuwe, glanzende fenders. En met een aantal indrukken van Grouw, een Friese plaats die een bezoek zeker waard is.



Opmerking
Menig lezer zal het opvallen dat we ‘Grouw’ schrijven en niet ‘Grou’, zoals de Friezen doen. Of ‘Terhorne’ in plaats van ‘Terherne’. Soms leidt dat tot boeiende discussies, maar we hechten er aan om de Nederlandse schrijfwijze te hanteren. Zoals Cees altijd zegt: ”We schrijven toch ook niet Paris, London of Berlin”. Mee eens?
Geef een reactie