Terug in Nederland

Eenmaal terug in Nederland maken we plannen voor een nostalgische tour. Die begint in Sneek waar we de kou trotseren en eindigt op een terras in Dordrecht. Daar verdiepen we ons in de geschiedenis van deze historische stad en kijken we onze ogen uit. Net als in de andere plaatsen die we bezoeken.

Ons eerste uitstapje brengt ons op het Starteiland in Sneek. Als we het pontje oprijden dat ons naar de andere kant van het Prinses Margrietkanaal vragen we ons af of we niet beter een rustiger dag hadden kunnen uitzoeken. “Er staat flink wat wind”, was ons bij vertrek al gemeld. Nou dat merken we zodra we op het midden van het kanaal zijn en het veerpontje aardig schommelt.

Enigszins opgelucht rijden we na een paar minuten het eiland op. Dit is hét domein van de watersport. Zelfs op deze koude, natte, grijze dag zijn tientallen enthousiaste jonge zeilers in de weer met hun boten. Met bewondering zien we hoe de kinderen, dik aangekleed, de golven op het onstuimige Sneekermeer trotseren.

Naar Hanzestad Zaltbommel

Na ons avontuur op de pont en het koude verblijf op het Starteiland vertrekken we een paar dagen later naar het zuiden. Zaltbommel, vaak zijn we er langs gereden maar een bezoek aan de oude Hanzestad is er nooit van gekomen. Vanaf de snelweg steekt de zeventig meter hoge toren van de Gotische St. Maartenskerk uit de 15e eeuw boven het vlakke rivierenlandschap uit.

Nu we op weg zijn naar Den Bosch grijpen we de kans om Zaltbommel te bezoeken. Op de gratis camperplaats is nog net een van de zes plekken vrij. Voorzieningen zijn hier niet, maar de supermarkt is om de hoek en de historische oude stad – in 1315 kreeg Zaltbommel stadsrechten – ligt op loopafstand.

Niet alleen de binnenstad is een bezoek waard, ook een wandeling rond de stadswallen is aan te bevelen. Details over de stad zijn te vinden op de website van het plaatselijke toeristenbureau. Hoogtepunten zijn het Stadskasteel met het museum van Annie M.G. Schmidt, de uit de 14e eeuw daterende Waterpoort en het Mikwe, een Joods badhuis uit de 13e eeuw. Let bij je rondgang door de stad op de ruim dertig gootspookjes gemaakt door Joris Baudoin. Je vindt ze op verschillende gevels.

Feest in Vught en Den Bosch

Vanaf de camperplaats in Den Bosch zijn we met de fiets binnen een kwartiertje in de binnenstad. Voor een bezoek aan het historische centrum hebben we een bijzonder moment uitgekozen: Koningsdag. Nu is de oude binnenstad altijd al gezellig, maar deze dag spant de kroon. Overal klinkt muziek en zoals gebruikelijk in Nederland zijn de straten nu gevuld met ‘marktkooplieden voor één dag’.

In het nabijgelegen Vught zijn nog meer mensen op de been. Ook hier ontelbare kramen, volle terrassen en volop eten en drinken. Op verschillende plaatsen klinkt muziek. Met de mensenmassa bewegen we mee langs de uitgestalde koopwaar, maar al snel besluiten we de drukte te ontvluchten en fietsen we naar het buitengebied.

Volop cultuur en natuur

Veel gelegenheid om Vught en Den Bosch te verkennen hebben we niet, maar we weten dat je hier gemakkelijk een complete vakantie kunt doorbrengen. Natuurlijk zijn er de ’toppers’ als de St. Janskathedraal en het Nationaal Monument Kamp Vught. Of het Noordbrabants Museum met werken van Vincent van Gogh, Jheronimus Bosch en Jan Sluijters.

Ook een fietstocht door natuurgebied de Bossche Broek, zwemmen in recreatieplas de IJzeren Man of een wandeling door de Loonse en Drunense Duinen zijn aanraders. Voor ons ontbreekt de tijd, maar we verlaten het Brabantse land niet zonder ons te hebben vergrepen aan een Bossche Bol en een typisch Brabants worstenbroodje. Meer weten over Den Bosch en Vught? Loop binnen bij de VVV op de Markt 77 in Den Bosch of bezoek hun website.

Herinneringen in Schoonhoven

Zilverstad Schoonhoven, de plek waar ik mijn vroege jeugd heb doorgebracht, stond al een tijd op het wensenlijstje. Tijdens het fietstochtje van de camperplaats in de Vlist door de buitenwijken van Schoonhoven herken ik weinig meer. In de oude binnenstad is nauwelijks iets veranderd. Hoewel, de Waag is nu een restaurant, in de voormalige kazerne is een museum ondergebracht en de huizen met het bordje ‘Onbewoonbaar verklaarde woning’ zijn al jaren geleden gesloopt of opgeknapt.

Bij de veerstoep heeft de patattent van toen plaatsgemaakt voor een uitgebreide cafetaria. Wat is gebleven, zijn de Veerpoort, de grachten, het gemeentehuis, de Grote Kerk en het Springerpark, vernoemd naar Hendrik Springer, een rijke bankier die het park in 1911 schonk aan de stad.

In mijn prille jeugd, begin jaren zestig, was Schoonhoven een saai garnizoensstadje waar militairen het straatbeeld domineerden. Nu is het een toeristische trekpleister aan de oever van de Lek en een aantrekkelijke uitvalsbasis om de omgeving te verkennen. Neem bijvoorbeeld de veerpont naar de overkant van de rivier, waar je het vestingstadje Nieuwpoort, dat al in 1283 stadsrechten kreeg, kunt bezoeken. Klik hier voor meer informatie over Schoonhoven.

Van de Belgische grens naar Dordt

Via Hellevoetsluis, waar we verschillende keren met de boot zijn geweest, reizen we naar Sas van Gent. Daar belanden we op een camperplaats aan het Kanaal van Gent naar Terneuzen. In het plaatsje zelf is niet veel te beleven, maar de supermarkt met versgebakken broodjes en croissants is vlakbij. Vanuit de camper zien we enorme zeeschepen door het kanaal schuiven. Ronduit indrukwekkend is de opening van de nabijgelegen draaibrug. Als we meer tijd zouden hebben, konden we op de fiets naar Gent, maar dat zit er deze keer niet in.

Sociale en andere verplichtingen noodzaken ons over een paar dagen thuis te zijn en we willen nog een bezoek aan Dordrecht brengen. Zo belanden we tijdens de drukte van het Hemelvaartsweekend bij Jachthaven Westergoot. Daar is altijd een plekje, is ons verzekerd. Dat klopt. Hoewel alle plaatsen aan de rand van de havenkom bezet zijn, kunnen we samen met een aantal andere campers op het parkeerterrein staan. Niet zo aantrekkelijk, maar dat is geen punt. We zijn hier immers om de stad te bezoeken.

Wie door Dordrecht wandelt wordt voortdurend geconfronteerd met het rijke verleden van de stad. In 1572 kwam hier de Eerste Vrije Statenvergadering bijeen waarbij vertegenwoordigers van alle Hollandse steden stadhouder Willem I, prins van Oranje, steunden in de opstand tegen de Spanjaarden.

Statenbijbel, scheepvaart en terrasjes

In 1618-1619 vond in Dordrecht, bolwerk van de reformatie, de Synode van Dordrecht plaats. Daarbij stonden de remonstranten tegenover de contraremonstranten. Dit leidde tot de Bijbelvertaling die in 1637 de Statenbijbel zou opleveren, de eerste officiële vertaling in de Nederlandse taal. In Dordt valt niet te ontkomen aan de gebroeders De Witt die een belangrijke rol speelden in de vaderlandse geschiedenis.

Ook als je minder belangstelling hebt voor de historische gebeurtenissen die in Dordrecht plaatsvonden, is een bezoek aan de stad in alle opzichten aan te bevelen. Aan de waterkant zie je voortdurend de meest uiteenlopende schepen passeren, er zijn tal van winkeltjes die je nergens anders vindt en aan terrasjes en eetgelegenheden is geen gebrek. Uitgekeken in Dordt? Neem dan de snelle veerboot naar Rotterdam.

Pareltje in het Westland

Voordat we opnieuw naar het zuiden vertrekken, brengen we nog een bezoek aan ‘t Woud. Dit dorpje ligt tussen De Lier en Den Hoorn en is volgens zeggen het kleinste dorp van Nederland. Nu is over dergelijke beweringen natuurlijk altijd discussie, maar feit blijft dat het dorpje slecht dertig inwoners telt.

Behalve een paar huizen, een kerk en een boerderij is er niks. Dat wil zeggen…laten we de uitspanning niet vergeten waar het goed is van eten en drinken. Er is zelfs een B&B.

Mocht je ‘t Woud willen bezoeken, houd dan rekening met de smalle, doodlopende toegangsweg naar het dorp. Wij konden er met de camper net overheen. Wel moesten de fietsers die ons tegemoet kwamen afstappen en in de berm wachten tot we voorbij waren. Gelukkig is er achter de kerk een ruime parkeerplaats waar je de camper kunt keren zodat je niet achteruit rijdend het dorp hoeft te verlaten.